Medische begrippen: haal er je voordeel uit!

door Daphne - verdraaid mooi
20180203 medische begrippen1

 DE WERVELKOLOM UITGELICHT:

Wervelkolom: De wervelkolom wordt ook ruggengraat genoemd. Deze ondersteunt het menselijke lichaam, heeft een beschermende functie van het ruggenmerg en zorgt voor vering. De beschermende functie is nodig, omdat hierdoor belangrijke centrale zenuwbanen van en naar de hersenen lopen. De zenuwen komen tussen de wervels door naar buiten en vinden zo de weg naar de verschillende delen van het lichaam. De vering is nodig om de klappen op te vangen, zoals bij het lopen.

Wervelkolom vanaf de zijkant: Als je de wervelkolom vanaf de zijkant bekijkt, zie je dat deze natuurlijke krommingen ofwel een s-vorm heeft, namelijk de lordose en kyfose. In het cervicale gebied en het lumbale gebied vind je de lordose. In het thoracale gebied en het sacrale gebied vind je de kyfose. Door deze vorm van de wervelkolom vanaf zijaanzicht is je lichaam in staat om krachten op te vangen door in elkaar te deuken bij bijvoorbeeld lopen en stampen. Hieronder leg ik je het verschil tussen lordose en kyfose uit. Heb je moeite met deze twee uit elkaar te houden? Denk dan aan het volgende ezelsbruggetje: lordose begint met een L van limbo. Bij limbodansen moet je je rug hol maken om onder een voorwerp te dansen.

Lordose: normale flauwe zijwaartse verkromming van de wervelkolom waarbij de bolle kant naar voren wijst. Je kunt ook een versterkte lordose hebben. Dit wordt ook wel een holle rug genoemd. Heb je een afgevlakte lordose, dan is je ruggengraat minder in staat de klappen van buitenaf op te vangen.

Kyfose: normale flauwe zijwaarts verkromming van de wervelkolom waarbij de bolle kant naar achteren wijst. Je kunt ook een versterkte kyfose hebben. Dit wordt ook wel hyperkyfose of bochel genoemd. Heb je juist een afgevlakte kyfose, dan is je ruggengraat minder in staat de klappen van buitenaf op te vangen.

Wervels

De wervelkolom bestaat uit wervels die je onder kunt verdelen in vijf regio’s, namelijk:

  1. Nekwervels: Ook wel halswervels, cervicale wervels of vertebra cervicalis genoemd. Je hebt er 7. Deze worden door orthopeden en andere artsen vaak afgekort naar C1-C7. De eerste twee nekwervels zorgen ervoor dat je je hoofd kunt draaien.
  2. Borstwervels: Ook wel thoracale wervels of vertebrae thoracicae genoemd. Je hebt er 12 Dit wordt door orthopeden en andere artsen vaak afgekort naar T1-T12. Deze wervels kun je beperkt bewegen door de stabiliserende invloed van de ribben die hieraan aanhechten.
  3. Lendenwervels: Ook wel lumbale wervels of vertebrae lumbales genoemd. Je hebt er 5. Dit wordt door orthopeden en andere artsen vaak afgekort naar L1-L5. Deze wervels hebben een grote onderliggende beweeglijkheid, waardoor de tussenwervelschijven van de lendenwervels gevoeliger zijn voor slijtage.
  4. Heiligbeenwervels: Ook wel sacrale wervels of os sacrum genoemd. Dit is het grootste bot van de wervelkolom en bestaat uit drie tot vijf samengegroeide wervels. Dit wordt door orthopeden en andere artsen vaak afgekort naar S1-S5.
  5. Staartbeenwervels: Ook wel het stuitje, stuitbeen, coccyx of os coccygis genoemd. Deze bestaan uit 3 tot 5 samengegroeide wervels. Vroeger was de voornaamste functie van het stuitbeen het ondersteunen van de staart, maar dat is bij mensen al lang niet meer het geval. Tegenwoordig dient het staartbeen als aanhechtingspunt voor de skeletspieren.

Naar de overzichtspagina met alle categorieën begrippen? Klik hier.

1 reactie

nicole 29 april 2018 - 10:46

Handig zo’n begrippenlijst. Niet alle medische termen zijn bekend namelijk.

Reply

Plaats een reactie